De vier zusjes zaten in den schemer te breien, terwijl de
December sneeuw zachtjes buiten neerviel en het vuur vroolijk
knetterde in den haard. Het was een gezellige ouderwetse kamer,
hoewel het kleed verschoten en het ameublement heel eenvoudig was,
maar aan den muur hingen een paar goede schilderijen, in alle hoeken
stonden boekenstandaards of kleine tafeltjes, chrysanthemums en late
roosjes bloeiden in het venster, en over het geheel lag een waas
van huiselijkheid.
Meta, de oudste van het viertal, was zestien jaar, en zag er heel
lief uit. Ze was gevuld en blank, had grote ogen, zwaar, zacht,
bruin haar, een vriendelijk mondje en witte tanden, waar ze nog al
trotsch op was. De vijftienjarige Jo was heel lang, mager en donker,
en deed iemand aan een veulen denken, want ze scheen nooit te weten,
wat zij moest beginnen met haar lange ledematen, die haar erg in
den weg stonden. Ze had een beslisten mond, een grappigen neus en
verstandige grijze ogen, die alles schenen op te merken, en nu eens
fel, dan weer guitig of peinzend keken. Het lange, dikke haar, haar
eenige schoonheid, was gewoonlijk stijf in elkaar gedraaid, om uit
den weg te zijn. Jo had ronde schouders, grote handen en voeten,
iets slordigs in haar kleeding en een zekere linksheid in haar
manieren, die duidelijk deed zien, dat ze den kinderlijken leeftijd
ontgroeide en dit alles behalve plezierig vond. Elisabeth, of Bets,
zooals ieder haar noemde, was een blozend, blond dertienjarig kind, wat
verlegen, met heldere ogen, een zacht stemmetje en een vriendelijke
uitdrukking, die zelden verstoord werd. Haar vader noemde haar
Kleine Tevredenheid, en die naam paste volkomen bij haar; want
ze scheen in een gelukkig eigen wereldje te leven, waar ze alleen
nu en dan uitkwam, om de weinigen, die ze vertrouwde en liefhad, te
ontmoeten. Amy, hoewel de jongste, was een zeer gewichtig persoontje,
ten minste in haar eigen schatting. Een blank, blond kind, met blauwe
oogen en mooie krullen, die tot op haar rug hingen; bleek en tenger,
en zich altijd gedragende als een welopgevoede dame.
't Sloeg zes uur; en nadat Bets den haard had bijgevoegd, zette ze
een paar pantoffels te warmen. Het gezicht van die oude schoenen had
een goede uitwerking op de meisjes; want Moeder zou weldra thuiskomen
en alle gezichten klaarden op om haar te verwelkomen. Meta hield op
met preken, en stak de lamp aan; Amy ging, zonder dat iemand iets
zei, uit den leuningstoel, en Jo vergat haar vermoeidheid, en ging
overeind zitten om de pantoffels dichter bij het vuur te houden.
December sneeuw zachtjes buiten neerviel en het vuur vroolijk
knetterde in den haard. Het was een gezellige ouderwetse kamer,
hoewel het kleed verschoten en het ameublement heel eenvoudig was,
maar aan den muur hingen een paar goede schilderijen, in alle hoeken
stonden boekenstandaards of kleine tafeltjes, chrysanthemums en late
roosjes bloeiden in het venster, en over het geheel lag een waas
van huiselijkheid.
Meta, de oudste van het viertal, was zestien jaar, en zag er heel
lief uit. Ze was gevuld en blank, had grote ogen, zwaar, zacht,
bruin haar, een vriendelijk mondje en witte tanden, waar ze nog al
trotsch op was. De vijftienjarige Jo was heel lang, mager en donker,
en deed iemand aan een veulen denken, want ze scheen nooit te weten,
wat zij moest beginnen met haar lange ledematen, die haar erg in
den weg stonden. Ze had een beslisten mond, een grappigen neus en
verstandige grijze ogen, die alles schenen op te merken, en nu eens
fel, dan weer guitig of peinzend keken. Het lange, dikke haar, haar
eenige schoonheid, was gewoonlijk stijf in elkaar gedraaid, om uit
den weg te zijn. Jo had ronde schouders, grote handen en voeten,
iets slordigs in haar kleeding en een zekere linksheid in haar
manieren, die duidelijk deed zien, dat ze den kinderlijken leeftijd
ontgroeide en dit alles behalve plezierig vond. Elisabeth, of Bets,
zooals ieder haar noemde, was een blozend, blond dertienjarig kind, wat
verlegen, met heldere ogen, een zacht stemmetje en een vriendelijke
uitdrukking, die zelden verstoord werd. Haar vader noemde haar
Kleine Tevredenheid, en die naam paste volkomen bij haar; want
ze scheen in een gelukkig eigen wereldje te leven, waar ze alleen
nu en dan uitkwam, om de weinigen, die ze vertrouwde en liefhad, te
ontmoeten. Amy, hoewel de jongste, was een zeer gewichtig persoontje,
ten minste in haar eigen schatting. Een blank, blond kind, met blauwe
oogen en mooie krullen, die tot op haar rug hingen; bleek en tenger,
en zich altijd gedragende als een welopgevoede dame.
't Sloeg zes uur; en nadat Bets den haard had bijgevoegd, zette ze
een paar pantoffels te warmen. Het gezicht van die oude schoenen had
een goede uitwerking op de meisjes; want Moeder zou weldra thuiskomen
en alle gezichten klaarden op om haar te verwelkomen. Meta hield op
met preken, en stak de lamp aan; Amy ging, zonder dat iemand iets
zei, uit den leuningstoel, en Jo vergat haar vermoeidheid, en ging
overeind zitten om de pantoffels dichter bij het vuur te houden.